Duinen van Texel – Afwisselendste duingebied van Nederland

11 minuten leestijd

De Duinen van Texel zijn het meest gevarieerde duingebied van Nederland. Embryonale, jonge en oude duinen, kletsnatte en mindernatte duinvalleien met ruige bosschages, kleine en grote duinplassen, bloemrijke duingraslanden, glooiende droge en natte heidevelden, loof- en dennenbos, lange stranden, een binnenlandse kwelder, een uitgestrekte strandvlakte en een wandelende zandplaat: je vindt het allemaal in Nationale Park Duinen van Texel. Deze variatie in landschappen is de verklaring voor de meer dan 450 plantensoorten die er voorkomen en de meer dan honderd vogelsoorten die er broeden. Zo bevind zich in de Duinen van Texel de grootste lepelaarskolonie van Noordwest-Europa. Daarnaast maken vele vogels een tussenstop op Texel tijdens de trektijd. Hierdoor is Texel het eiland met de meest vogelsoorten van Nederland.

Uniek is natuurgebied de Slufter dat in open verbinding staat met de Noordzee. Door een gat in de zeereep stroomt bij vloed zeewater door de kreek wel drie kilometer het natuurgebied in. Bij springtij wordt zelfs het hele gebied van 700 hectare onder water gezet. Bijzonder zijn ook de uitgestrekte ruige zandvlakte van De Hors en de sneeuwklokjesexplosie in de duinbossen van Texel aan het eind van de Winter.

Inhoudsopgave

Wandelende zandplaten

Op weinig plaatsen is de Nederlandse kust zo veranderlijk als aan de zuidwestkant van Texel. De oorzaak is het Marsdiep, de belangrijkste inlaat van zeewater in de Waddenzee. Door dit smalle en diepe gat tussen Den Helder en Texel, verplaatsen zich dagelijks grote massa’s zeewater en zand.

Op de zuidpunt van Texel ligt natuurgebied De Hors, een enorm uitgestrekte zandvlakte. Dit ruige natuurgebied is ontstaan doordat er in het verleden steeds zandplaten naar Texel toe ‘wandelden’. Zandplaat de Hors groeide in 1749 aan Texel vast, en aan het begin van de twintigste-eeuw werd ook de zandplaat Onrust een deel van De Hors.

Zuidwestelijk van De Hors ligt de volgende zandplaat al weer klaar: Noorderhaaks, ook wel Razende Bol genoemd. Dit onbewoonde eiland van circa 400 hectare is zo’n 1,5 meter hoog, en wordt bij noordwesterstorm geheel overspoeld. Noorderhaaks is een hoogwatervluchtplaats voor zeevogels en zeehonden. De zandbank verplaatst zich 100 meter per jaar naar het oosten. Echter, doordat hij ook van vorm veranderd, is het nog niet zeker of deze zandplaat ook aan Texel zal vastgroeien.

Duinen van Texel 3

De Hors – Embryonale Duinen en natte duinvalleien

Op De Hors is ook prachtig te zien hoe embryonale duinen ontstaan. In deze ‘woestijn aan zee’ hebben wind en water vrij spel en ontstaan prachtige reliëfs in het zand. Zodra de zandheuveltjes hoog genoeg zijn en boven water uitsteken, raken ze begroeid met planten die goed bestand zijn tegen wind en zout. Eerst groeit er biestarwegras dat het zand vangt zodat er miniduintjes ontstaan. Als de duintjes zo groot zijn dat er zoet regenwater in vastgehouden blijft, kan er helmgras gaan groeien. Dit gras vangt veel meer zand dan biestarwegras, waardoor duinvorming versneld doorzet en er duinenrijen ontstaan.

Achter de nieuwe duinrijen ontstaan dan duinvalleien. Deze natte duinvalleien vallen in eerste instantie in de zomer droog. Echter, doordat er door continue duinvorming steeds nieuwe duinen voor zo’n duinvallei komen te liggen die zoet regenwater vasthouden, stijgt het grondwaterniveau. Hierdoor ontstaan uiteindelijk duinvalleien met duinmeren. Dit proces werd nog versterkt doordat de mens stuifdijken heeft aangelegd, zoals in het zuiden van Texel duidelijk te zien is in de Kreeftepolder, de Geul, de Kelderhuispolder, de Horspolder met de Horsmeertjes. Daardoor kon er geen zoetwater meer naar zee stromen en werd de vallei nog natter.

De Mokslootvallei, bestaande uit het Grote Vlak en het Pompevlak, is de noordelijkste van deze natte Duinvalleien. Hier lag voordat De Hors aan Texel vastgroeide tot 1700 de zuidelijke vaarroute om Texel, ook wel het Spanjaardsgat genoemd.

Duinen van Texel.2

Verlaten witte stranden

Het ruim dertig kilometer lange Texelse strand strekt zich uit van de Hors in het zuiden tot de bij de vuurtoren aan de noordkant van Eierland. Deze uitgestrekte witte stranden zijn bovendien op de meeste plekken zeer rustig. Dit was mede de reden waarom Texel in 2016 werd gekozen in de top 10 van Lonely Planet van mooiste bestemmingen binnen Europa.

Het grootste deel van het Texelse strand is slechts 60 meter breed, wat zeer smal is in vergelijking met andere Waddeneilanden als Terschelling en Schiermonnikoog. Alleen aan de noordpunt en bij de zuidpunt zijn mooie, brede stranden te vinden. Dit komt doordat de Texelse kust vanaf ongeveer 1940 een afslagkust was geworden waardoor het strand smaller werd en de duinoevers steiler. Sinds 1979 bestrijdt Rijkswaterstaat deze kustafslag door zandsuppleties en de aanleg van dammen. Hierdoor is de trend van kustafslag omgebogen in één van kustaangroei. Op sommige plekken worden aan de voet van de zeereep tegenwoordig dan ook weer embryonale duinen gevormd.

Texel Slufter.overview

De Slufter – Resultaat van een dijkdoorbraak

De Slufter is een grote kweldervlakte binnen het Texelse duinengebied, die door middel van een gat in de zeereep in open verbinding staat met de Noordzee. Het noordelijk en het zuidelijk gedeelte van dit gebied behoorden oorspronkelijk tot twee verschillende eilanden: het oorspronkelijke Texel en Eijerland. Het gebied tussen deze twee eilanden verzande in de zestiende-eeuw. In de 1629 werd daar een stuifdijk over deze washover aangelegd, de Zanddijk. Hierna ontwikkelde de zandplaat tussen de twee eilanden zich tot een kweldergebied. In 1855 werd dit gebied vervolgens ingepolderd door de aanleg van een tweede stuifdijk, de Lange Dam, 1,5 kilometer westelijk van de Zanddijk.

Bij een hevige storm in 1858 brak de Lange Dam op drie plaatsen door. Twee van de drie aldus ontstane zeegaten zijn later weer gedicht, maar na drie mislukte pogingen heeft men uiteindelijk aan het begin van de 20e eeuw besloten om het derde zeegat, De Slufter, open te laten. De Slufter is tegenwoordig een gebied vol kreken en geulen. Bij vloed loopt een groot deel van De Slufter onder water en bij eb loopt het water door de geulen weer terug naar zee. Het verse zeewater is rijk aan kleine zeediertjes en plankton, waardoor dit gebied veel vogels trekt. Als het stormt uit het noordwesten loopt zelfs het hele gebied onder. Door slibvorming en verzilting heeft de vegetatie zich moeten aanpassen en groeien er alleen zouttolerante planten, zoals zoutmelde, zeekraal, de geurige zeealsem en lamsoor, waarvan de bloemen in de zomer het hele gebied paars kleuren.

Lepelaar – De beroemdste broedvogel van Texel

Texel herbergt het grootste aantal broedparen van de lepelaar van NoordWest-Europa. Deze 90 centimeter grote witte vogel heeft een typerende spatelvormige zwarte snavel die eindigt in een gele punt. In het broedseizoen heeft hij een lange dikke afhangende kuif en een oranjegele borstvlek. Met hun snavel maken ze een typerende van links naar rechts gaande beweging door ondiep water, om zo op de tast allerlei kleine waterorganismen te verzamelen. In september trekken de lepelaars naar hun overwinteringsplaats aan de West-Afrikaanse kust om in maart weer terug te keren.

Op Texel bevinden zich vier lepelaarskolonies, waarvan drie in duinvalleien van de Duinen van Texel. In De Geul bevindt zich met ongeveer 400 broedparen de grootste lepelaarskolonie van Nederland. De oudste kolonie bevind zich in De Muy waar sinds 1933 lepelaars broeden. In 2019 zijn voor het eerst ook broedparen in De Slufter waargenomen. Daarnaast broeden er ook nog ongeveer 100 lepelaars op De Schorren, aan de oostzijde van het eiland. In Nederland broedt de lepelaar op de grond in moerassige gebieden op plekken waar ze geen last hebben van roofdieren.

De Dennen – Paradijs voor sneeuwklokjes

De Dennen is een bos in de binnenduinrand tussen Den Hoorn en De Koog. Het is vanaf 1898 door Staatsbosbeheer aangeplant voor de productie van hout en bestond voornamelijk uit naaldbomen. Sinds de tweede helft van de 20e eeuw is er gestimuleerd dat er een natuurlijker bos ontstond. Tegenwoordig is de Dennen een gevarieerd bos met diverse loof- en naaldbomen van verschillende leeftijden. Hierdoor is de biodiversiteit in het bos enorm toegekomen, en biedt het een goed onderkomen voor een grote verscheidenheid aan vogels, zoogdieren, insecten, planten en paddenstoelen.

In januari, februari staat De Dennen vol met uitbundig bloeiende sneeuwklokjes. Tussen 1950 en 1980 verpachte Staatsbosbeheer bospercelen aan Texelse kwekers. Deze hadden in Frankrijk wilde sneeuwklokjes gehaald. Aangezien sneeuwklokjes een schaduwrijke omgeving nodig hebben om goed te kunnen groeien, was De Dennen de perfecte omgeving om de sneeuwklokjes te kweken. Nadat Staatbosbeheer stopte met het verpachten van grond aan de bollenkwekers, kregen zij nog een paar jaar de tijd om zoveel mogelijk bollen uit het bos te oogsten. Echter, de sneeuwklokjes zijn nooit volledig uit het bos verdwenen. Tegenwoordig is het witte tapijt onder de bomen aan het eind van de winter, in het bijzonder rondom het Barbecue terrein langs de Randweg, een herinnering aan de rijke gebruiksgeschiedenis van de Dennen.

Stelling van Den Helder – Batterij Den Hoorn

Sinds het einde van de achtiende-eeuw is Den Helder, op nog geen vijf kilometer van Texel, een strategisch belangrijke Nederlandse marinehaven. Rondom deze havenplaats was een verdedigingsgordel van militaire batterijen aangelegd, de Stelling van Den Helder. Met de toenemende oorlogsdreiging werd deze verdedigingslinie in 1938 versterkt. Onderdeel van deze versterking waren de aanleg van de Batterijen De Hors en Den Hoorn in de zuidelijke Duinen van Texel. Dit mede omdat in die tijd het Molengat, de vaargeul tussen Noorderhaaks en Texel, zo diep werd dat hier grote schepen konden passeren.

Batterij De Hors, die lag bij strandpaal 9, is inmiddels door kustafslag in zee verdwenen. Van Batterij Den Hoorn, dat in de Bollekamer deel van de Duinen van Texel ligt, zijn nog diverse onderdelen over zoals een meetpost, drie geschutopstellingen met munitiedepots, en een bunker die als verblijfplaats voor de manschappen diende. Ook bevind zich er de commandopost bovenop de 23,9 meter hoge Loodsmansduin, een van de hoogste duinen van Texel. Tegenwoordig bevindt zich hier een uitzichtpunt.

verrekijker

Bezienswaardigheden

  • Vuurtoren Eierland (Vuurtorenweg 184, De Cocksdorp). Nog steeds functionerende felrode bakstenen vuurtoren uit 1863. De vuurtoren staat op een 20 meter hoog duin op het Noordelijkste puntje van Texel.
  • Schapenboet in de duinbinnenrand (Ruijslaan 79A, De Koog). Assymetrische schuur typisch voor Texel. De schuur heeft aan de ene kant een schuin dak dat op het westen gericht is en aan de oostelijke, luwe kant een loodrechte zijde. Er bevinden zich nog tientallen Schapenboeten op Texel die dienden als opslag voor hooi en ander voer.
  • Tuunwallen (Mokweg bij 12, Den Hoorn). In het verleden werden akkers in de binnenduinrand van Texel van elkaar gescheiden met behulp van opeengestapelde plaggen, de tuunwallen. Om schapen tegen te houden werden er duindoorntakken bovenin de wallen gestoken. Inmiddels zijn de tuunwallen van Texel beschermd en worden ze niet alleen weer onderhouden maar er worden ook nieuwe tuunwallen aangelegd.
  • Uitkijkpunten en vogelschermen. In de Duinen van Texel bevinden zich een groot aantal uitzichtpunten om optimaal van de natuur te kunnen genieten. Van noord naar zuid liggen:
    • Uitkijkpunt Texel Noord 9 (1 kilometer ten zuiden van de vuurtoren, De Cocksdorp), met zicht over de Eierlandse Duinen en op de vuurtoren in het noorden van Texel.
    • Vogelkijkpunt Diepe Gat (Oorsprongweg bij 1, De Cocksdorp). Uitzicht op kwelders van De Slufter.
    • Uitkijkpunt De Slufter (Slufterweg bij 1). Uitkijkpunt over de Slufter.
    • Vogelkijkscherm Bleekerij (Ploegelanderweg bij 11).
    • Vogelscherm De Muy (Zanddijk bij 2, De Cocksdorp). Vogelobservatieplaats die uitkijkt over het meer De Muy.
    • Bertusnol (800 meter noordelijk van Strandslag 21, De Koog). Uitkijkpunt over natuurreservaat de Muy op een 22 meter hoog duin.
    • Duinpark bij Ecomare (Ruijslaan 92, De Koog). Twee uitkijkpunten in natuurgebied De Seeting, waar zich ook de onopvallend hoogste duin van Texel, de Seetingsnol, van 24,8 meter bevind.
    • Kampeersnol (Westerslag, De Koog). Uitzichtpunt over de Westerduinen en De Dennen.
    • Uitkijktoren Fonteinsnol (Rozendijk bij 31, Den Burg). Toren in het bos die uitkijkt uit over De Dennen.
    • Loodsmanduin (Witteweg bij 30). Uitkijkpunt over de Mokslootvalei.
    • Vogelkijkpunt de Petten (Molwerk bij 5, Den Hoorn). Uitzicht over de Mokbaai.
    • Uitkijkplatform De Geul (Mokweg 18, Den Hoorn). Uitzicht over De Geulplas.
    • Uitkijkpunten Horsmeertjes en de Waterral (Mokweg bij 18, Den Hoorn). Uitzicht over de Horsmeertjes.
  • Batterij Den Hoorn. Van deze batterij van de Stelling van Den Helder uit 1938 resteren nog diverse onderdelen:
    • Meetpost (Rommelpot bij 11, Den Hoorn).
    • Drie Geschutsopstelling met munitiedepots (bij Hoek Oudeweg, Rommelpot, Den Hoorn).
    • Commandopost (Witteweg bij 30, Den Hoorn).
    • Bunker 10021 (Witteweg bij 30, Den Hoorn)
  • Dorpen in de binnenduinrand: Den Hoorn, De Koog, De Cocksdorp.
  • Eendenkooi Korverskooi (Ruigendijk bij 21, De Cocksdorp). Deze nog werkzame eendenkooi bestaat uit een kooibos met daaromheen duinen, valleien en graslanden. De eendenkooi is niet opengesteld voor het publiek.
bike

Activiteiten

  • Wandelroutes
    • Dagwandeling Den Hoorn (Diek 10, Den Hoorn). Rondwandeling (23 km) door het zuiden van Texel.
    • Waddenwandelen. Texel etappes 1 (21 km) en 2 (19km) van dit langeafstandswandelpad gaan van Den Helder via de Duien van Texel naar De Koog en De Cocksdorp.
  • Fietsroutes
    • Rondje Noord (Volharding bij 3, De Cocksdorp). Rondrit van 36 km door het noorden van Texel.
    • Rondje West Texel (Badweg bij 31, De Koog). Rondrit van 43 km door het midden van Texel.
    • Rondje Zuid Texel (De Naal bij 1, Den Hoorn). Rondrit van 43 km door het zuiden van Texel.
  • Golf
  • Watersport
  • Parachute springen
    • Paracentrum Texel (Postweg 128, De Cocksdorp)
  • Museum bezoek
    • Museum Ecomare (Ruijslaan 92, De Koog). Natuurmuseum in de Duinen van Texel met diverse exposities, een aquarium en een reservaat voor zeehonden en vogels.
Eten en drinken

Eten & drinken

Overnachten

Overnachten

  • Algemeen
    • VVV Texel
  • Hotels
    • Strandhotel Noordzee (Badweg 200, De Koog). Hotel aan het strand.
    • Grand Hotel Opduin (Ruijslaan 22, De Koog). Hotel in de Duinen.
  • B&B
  • Vakantiehuisjes
    • Bungalowpark Slufteroord
    • Sluftervalei – Landal Greenparks
  • Camping
    • Camping Kogerstrand (Badweg 33, De Koog). Camping in de duinen.

Natuur & Landschap

De Duinen van Texel vormen een 4300 hectare groot Nationaal Park en zijn onderdeel van Natura 2000 gebied Duinen en Lage Land Texel. De meeste duinen ten noorden van de Mokslootvallei (gelegen ten westen van Den Hoorn) zijn eeuwenoud en daardoor grotendeels ontkalkt. De oorspronkelijke duinboogcomplexen zijn vergroeid waardoor grillig gevormde duinen zijn ontstaan. Aan de kustkant liggen veelal niet langer jonge duinen, omdat die in de 20e eeuw zijn weggeslagen. Lokaal vindt er verstuiving plaats, maar het merendeel van de duinen is vastgelegd door de vegetatie. De noordhellingen zijn rijk aan bijzondere mossen zoals pluimstaartmos en etagemos. Verspreid in de duinen liggen diverse duingraslanden en kleinere heideveldjes met struikhei, dophei, klokjesgentiaan en ronde zonnedauw.

Ten zuiden van de Mokslootvallei is van zuid naar noord het duinvormingsproces mooi zichtbaar, van embryonale duinen naar jonge duinen. Tussen de duinen liggen natte duinvalleien met vlierstruiken, kruipwilgstruwelen en duindoorns die veel vogels aantrekken. Ook komen er veel soorten insecten voor en zijn de Duinen van Texel rijk aan zeldzame paddenstoelen.

Texel is een vogeleiland bij uitstek en er komen zo’n 400 vogelsoorten voor. Regelmatig worden hier zeldzame vogels van de Rode Lijst waargenomen. De gunstige ligging van het eiland op de westelijke Europese trekroute vanuit Siberië, en met het voedselrijke Waddengebied naast de deur, maakt Texel voor veel vogels een ideale plek om een tussenstop te maken of om er te broeden. Ook fungeren de duinen als broedgebied voor diverse beschermde vogelsoorten zoals de lepelaar, de eidereend (ten noorden van de Slufter), kleine mantelmeeuw, bruine kiekendief, blauwe kiekendief, velduil, roodborsttapuit en tapuit.

meer info

Voor meer informatie