De 10 kleinste Steden van Zuid-Holland

4 minuten leestijd

Bij de kleinste steden van Nederland is de provincie Zuid-Holland niet het eerste waar je aan denkt. Deze provincie heeft de grootste bevolkingsdichtheid van Nederland, en kent met Rotterdam en Den Haag twee van de drie grootste steden van Nederland.

Van de twintig Zuid-Hollandse plaatsen met middeleeuwse stadsrechten hebben er echter vijf minder dan 5.000 inwoners. Dergelijke plaatsen hebben zich nooit tot stad ontwikkeld en zijn altijd een lokaal handelscentrum gebleven, zeker nadat hun strategische belang in de loop der eeuwen was afgenomen of zelfs verdwenen.

De stadskernen van acht van de tien kleinste steden van Zuid-Holland hebben de status van beschermd stadsgezicht, als erkenning van de cultuurhistorische schoonheid van deze oude stadjes. Alleen Ammerstol en ’s-Gravenzande missen deze status.

Top 10 – Kleinste steden van Zuid-Holland

  1. Nieuwpoort. Vestingstad aan de Lek met 1.415 inwoners, die een strategisch belangrijk onderdeel was van de Oude Hollandse Waterlinie. Het vormde samen met de aan de andere kant van de Lek gelegen vestingstad Schoonhoven een twee-eenheid ter bescherming van Holland tegen vijandelijke aanvallen over en langs de Lek.
  2. Geervliet. Stadje met 1.630 inwoners aan het water de Bernisse in de monding van de Oude Maas. In deze, in de vroege middeleeuwen belangrijke, vaarverbinding lag bij Geervliet de rijks- en later grafelijke riviertol. Bovendien was dit stadje het bestuurscentrum van het Land van Putten, eeuwenlang een zelfstandig ministaatje binnen het Graafschap Holland.
  3. Ammerstol. Stadje in met 1.690 inwoners waar tot 1401 de grafelijke tol op de Lek was gevestigd, waarna deze naar Schoonhoven werd verplaatst.
  4. Goedereede. Stadje met 1.740 inwoners, dat een veilige ankerplaats en handelscentrum was in het Land van Voorne, eeuwenlang een zelfstandig ministaatje binnen het Graafschap Holland.
  5. Heenvliet. Havenstadje aan de Bernisse met 2.325 inwoners tegenover de kleine stad Geervliet. Hier werd in 1254 Slot Heenvliet gebouwd ter bescherming van de riviertol en het vaarverkeer op de Bernisse, waarvan tegenwoordig slechts een imposante ruïne resteert.
  6. Haastrecht. Stadje met 3.525 inwoners bij de monding van de Vlist in de Hollandse IJssel, twee in de middeleeuwen belangrijke scheepvaartroutes, in het felbevochten grensgebied tussen het graafschap Holland en het Sticht Utrecht.
  7. Schoonhoven. Vestingstad met 13.570 inwoners, waarvan een kleine vierduizend binnen de voormalige vestingwallen. Schoonhoven ligt vlak bij de grens tussen Holland en Utrecht en hier was vanaf 1402 de grafelijke tol op de Lek gevestigd. Deze vestingstad was onderdeel van de Oude Hollandse Waterlinie een vormde samen met het aan de andere kant van de Lek gelegen vestingstadje Nieuwpoort een twee-eenheid ter bescherming van Holland tegen vijandelijke aanvallen over en langs de Lek.
  8. Brielle. Vestingstad met 14.128 inwoners, waarvan 3.125 binnen de vestingwallen. Brielle was in de middeleeuwen zeer strategisch gelegen op de zuidoever van de monding van de Maas. Nadat de watergeuzen tijdens de tachtigjarige oorlog (1568-1648) het stadje vrij eenvoudig hadden ingenomen, werden de middeleeuwse vestingwerken van de stad vervangen door moderne vestingwerken. Pas in 1952 werd de vestingstatus van Brielle opgeheven en ook tegenwoordig doen nog vele militaire bouwwerken in Brielle herinneren aan de militaire bolwerk die het stadje eens was.
  9. ‘s-Gravenzande. Stad met 23.470 inwoners, waarvan 1.885 in de oude kern. In 1246 verleende graaf Willem II op verzoek van zijn moeder stadsrechten aan de toen net gestichte nederzetting op een ingepolderde zandplaat in de Maasmonding.
  10. Maassluis. Stad met 35 duizend inwoners, waarvan 1.155 in de oude kern. Op verzoek van haar inwoners verleende koning Lodewijk Napoleon in 1814 de eretitel stad aan het dorp. Maasluis is daarmee een van de weinige steden zonder stadsrechten in Nederland.
Haven.Heenvliet